LinguaLog was deze week in het museum van Tongeren. Het was druk bij de kassa, dus er was tijd genoeg om de tabel met toegangsprijzen te bestuderen. Zoals overal waren er bepaalde categorieën personen die korting kregen. Alles stond er in vier talen. LinguaLog las dat er een gereduceerd tarief was voor:
- andersvaliden
- personnes à mobilité réduite
- Menschen mit einer Behinderung
- disabled
Wat zijn nou andersvaliden? LinguaLog kent wel het woord invaliden (gehandicapten). Natuurlijk is die groep hier bedoeld, waarbij waarschijnlijk allereerst gedacht is aan mensen in een rolstoel.
We hebben hier te maken met een eufemisme. Deze term komt uit het Grieks: eu-, goed en -femi, spreken. Oorspronkelijk ging het om woorden die gebruikt werden in plaats van een religieus of taboewoord. De oude Grieken deden het zelf al: ze noemden de Zwarte Zee de Pontos Euxinos, gastvrije zee, want het kon daar vreselijk stormen en het was er dus erg gevaarlijk.
Met eufemismen is iets geks aan de hand: oorspronkelijk zijn ze bedoeld om iets vervelends te verhullen, maar ze verliezen gaandeweg hun kracht, en dan moet er weer een nieuw eufemisme verzonnen worden. Zo is er een hele reeks termen om vrouwen die schoonmaken aan te duiden:
poetsvrouw - werkster - schoonmaakster - huishoudelijke hulp - interieurverzorgster - interieurhygiëniste.
Je kunt ook politiek bedrijven door eufemismen te gebruiken, of juist niet: een regeringspartij zal spreken van hervormingen, terwijl de oppositie het bezuinigingen noemt.
Nergens ligt het zo gevoelig als bij mensen die lichamelijk gehandicapt zijn. Oorspronkelijk heetten zij invaliden. Toen werd het gehandicapten, wat al een eufemisme is. Omdat bijna niemand niets kan, werd de term mindervalide bedacht. Toen dat ook te negatief gevonden werd, kwamen er mensen met mogelijkheden, of zelfs mensen met een uitdaging. Andersvalide is lekker kort en geschikt voor op borden.
Het is interessant om de vier talen op het museumbord te vergelijken. De Franse term is het meest verhullend, en tegelijk het onduidelijkst: je bent ook minder mobiel als je een zware koffer sjouwt. Het Duits en het Engels hanteren hier termen die bij ons allang niet meer kunnen, maar dat zal wel komen doordat het in België geen landstalen zijn (sorry, Duits!). Het is altijd gemakkelijker om in een vreemde taal taboewoorden te gebruiken, omdat je de erbij horende emotie mist.
Om met een persoonlijke ontboezeming te eindigen: LinguaLog vindt de tegenwoordige terminologie maar flauwekul. Noem het beestje gewoon bij de naam, vindt zij. Het verandert immers niets aan de situatie. LinguaLog ziet het gebruik van eufemismen als een soort aflaat: wij discrimineren jullie, gehandicapten, maar in ruil daarvoor verzinnen we aardiger termen om jullie aan te duiden. Het zegt dus meer over de niet-invaliden dan over de invaliden zelf!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten